IP-camera

Met Surveillance Station kunt u IP-camera's configureren en camera's in groepen organiseren om uw camera's nog efficiënter te beheren. Bovendien kunt u na instelling van een CMS (Central Management System) camera's van de ene naar de andere server migreren.

Camera's toevoegen

De wizard Camera installeren helpt u bij het toevoegen van nieuwe camera's in twee installatiemodi: Snelle instelling en Volledige instelling.

De wizard camera installeren gebruiken:

  1. Ga naar Toevoegen > Camera toevoegen.
  2. Selecteer Snelle instelling of Volledige instelling en klik op Volgende.
  3. Selecteer een server waarop u de camera wilt installeren en klik op Volgende.
  4. Voer de volgende Informatie-instellingen in:
    1. Voer voor deze camera een naam in.
    2. Voer het IP-adres of de hostnaam van de camera in. Klik op Zoeken om naar IP-camera's binnen hetzelfde domein te zoeken, inclusief UPnP- en ONVIF-compatibele camera's. Zodra een camera wordt geselecteerd, past het systeem automatisch het IP-adres, poortnummer en model van de camera toe.

      Opmerking:

      • IP-adressen in IPv6-formaat wordt niet ondersteund.
      • UPnP-zoeken toont een lijst met cameramodellen die niet in de Lijst ondersteunde IP-camera's van Surveillance Station staan, maar door de Generic installatiefunctie worden ondersteund.
    3. Gebruikt u een ander poortnummer, voer dan dat poortnummer in.
    4. Selecteer het cameramodel uit het vervolgkeuzemenu.1
    5. Gebruikt u een ONVIF camera, selecteer dan ONVIF in het vervolgkeuzemenu Merk.2
    6. Selecteer de vergelijkbare versie van de firmware in het vervolgkeuzemenu wanneer uw camera meerdere firmwareversies heeft.
    7. Selecteer het cameramodel uit het vervolgkeuzemenu.2,3
    8. Selecteer een videomodus uit het vervolgkeuzemenu wanneer uw camera videomodus ondersteunt.
    9. Selecteer de tv-standaard uit het vervolgkeuzemenu als uw camera de NTSC- of PAL-standaard ondersteunt.
    10. Selecteer het koppeltype uit het vervolgkeuzemenu als het camera-apparaat een visoogcamera is.
    11. Selecteer het videokanaal uit het vervolgkeuzemenu als het camera-apparaat een videoserver is.
    12. Selecteer de video-indeling uit het vervolgkeuzemenu (voor de modus Snelle instelling).4
    13. Selecteer de audio-indeling uit het vervolgkeuzemenu (voor de modus Snelle instelling).5
    14. Voer de gebruikersnaam en het wachtwoord van de administratoraccount van de camera in.
    15. Klik op Verbinding testen om na te gaan of de cameraliveweergave correct wordt weergegeven in het voorbeeldweergavegebied.
  5. Als u Snelle installatie hebt geselecteerd, klikt u op Voltooien om de installatie te voltooien. Anders klikt u op Volgende om de video-instellingen te bewerken:
    1. Selecteer de video-indeling uit het vervolgkeuzemenu.4
    2. Selecteer de audio-indeling uit het vervolgkeuzemenu als uw camera de functie ondersteunt.5
    3. Selecteer het weergaveveld uit het vervolgkeuzemenu als uw camera meerdere types ondersteunt.
    4. Selecteer verschillende serienummers van streamprofielen voor respectievelijk Hoge kwaliteit en Gebalanceerd als uw camera meervoudig streamen ondersteunt.
    5. Schakel mobiele liveweergavestreaming in bij aangepaste instellingen als uw camera meerdere streams ondersteunt.
    6. Selecteer Resolutie, framesnelheid6, bitratecontrole, Beeldkwaliteit en Bitrate voor elk gebruikt streamprofiel.
  6. Klik op Volgende om de volgende opname-instellingen te bewerken.
    1. Selecteer Pre-opnametijd en Post-opnametijd in opnamemodus.
    2. Voer een naam in voor de opnamearchiefmap die wordt gebruikt om de opgenomen video's op te slaan.
    3. Voer het voorvoegsel van de bestandsnaam in dat voor elke bestandsnaam verschijnt.
    4. Schakel Bestanden (dagen) bijhouden of Archiefmap beperken tot (GB) en geef de waarde op. Archieven worden automatisch gedraaid als aan een van de vereisten wordt voldaan.
    5. Selecteer een Opnameopslag uit de vervolgkeuzelijst.
    6. Voer een naam in voor de opnamearchiefmap die wordt gebruikt om de opgenomen video's op te slaan.
    7. Voer het voorvoegsel van de bestandsnaam in om voor iedere bestandsnaam te plaatsen.
  7. Klik op Volgende om de volgende opname-instellingen te bewerken:
    klik op de knop Continu, Bewegingsdetectie, Aangepast 1, Aangepast 2 of Verwijderen en selecteer vervolgens op een gebied op het rooster. Klik op de dag of het uur om een volledige dag of iedere dag een uur te kiezen.
  8. Klik op Voltooien om de instellingen te voltooien.

Opmerking:

  1. als uw cameramerk niet voorkomt in de lijst, selecteert u Door de gebruiker gedefinieerd en voert u het Bronpad in of gebruikt u .mp4-bestanden op het NAS als videobron. Door de gebruiker gedefinieerd ondersteunt de videobestandsindelingen MJPEG (HTTP, RTSP), H.264 (RTSP), H.265 (RTSP) en MPEG4 (RTSP), en de audiobestandsindeling AAC. Gebruik de videobestandsindeling en het poortnummer die overeenkomen met de capaciteit van uw camera. Raadpleeg de camerafabrikant voor het bronpad van de camera.
  2. Staat uw cameramodel niet in de lijst, dan kunt u een vergelijkbaar model of het model Generic selecteren (indien beschikbaar). Selecteert u het model Generic model, dan zal Surveillance Station de camerafuncties ophalen die overeenkomen met de huidige instellingen van de camera.
  3. Als u ONVIF als uw cameramerk kiest, zal Surveillance Station u twee instellingsmodi bieden. Alle functies biedt u meer complete camerafuncties zoals PTZ, gebeurtenisdetectie, digitale uitvoer, geluidsuitvoer en andere optimaliseringsfuncties; Alleen streaming biedt een hoge compatibiliteit met de meeste ONVIF-camera's. Als de instelling van uw camera met Alle functies niet lukt, raden we u aan om Alleen streaming te gebruiken,
  4. In MPEG4/H.264/H.265/MXPEG-indeling ondersteunt Surveillance Station audiostreams in Liveweergave en video-opname. De audio-ondersteuning is alleen mogelijk als de IP-camera over een audiofunctie beschikt. (MXPEG is een videocodec van Mobotix.)
  5. Surveillance Station ondersteunt G.711, G.726, AAC, AMR en PCM audio-indelingen. De werkelijk ondersteunde audio-indeling is afhankelijk van het vermogen van de camera.
  6. de framesnelheid moet correct zijn ingesteld voor de beste opnamekwaliteit.

Beperkingen:

Meerdere camera’s tegelijk toevoegen1

De wizard Meerdere camera's toevoegen helpt u bij het toevoegen van meerdere nieuwe camera's in twee installatiemodi: Snelle instelling en Volledige instelling.

Om de wizard Meerdere camera's toevoegen te gebruiken:

  1. Ga naar Toevoegen > Meerdere toevoegen.
  2. De welkomstpagina van de wizard verschijnt. Klik op Volgende om door te gaan.
  3. Kies Snelle instelling of Volledige instelling en klik op Volgende.
  4. Selecteer een camera-interface die u wilt gebruiken.
  5. Selecteer een server waarop u de camera's wilt installeren.
  6. Selecteer het merk en het model van de camera uit het vervolgkeuzemenu om meerdere camera's toe te voegen (voor Volledige installatie modus) en klik op Volgende.
  7. Schakel het (de) selectievakje(s) van het zoekresultaat in om de toe te voegen camera('s) te selecteren.2
  8. Klik op Bewerken en voer in het venster dat verschijnt de gebruikersnaam en het wachtwoord3 van de camera's in en bewerk de naamregel. Selecteer Aangepaste naam als u een nieuwe naam wilt aanpassen of selecteer Naamregel toepassen en selecteer Naamregel in het vervolgkeuzemenu om de standaardnaamregel in te stellen:
  9. Klik op Voltooien om de instellingen te voltooien.

Opmerking:

  1. U kunt het maximaal aantal camera's kiezen dat door uw $_DSPRODUCTNAME_$ wordt ondersteund. Voor meer informatie over de functionaliteit van uw Synology-product zie de Website van Synology.
  2. Met Snelle instelling kunt u alleen in een handeling meerdere ONVIF-camera's toevoegen.
  3. De standaardgebruikersnaam en het standaardwachtwoord voor nieuwe camera's dienen door de fabrikant van de camera's te worden geleverd. Raadpleeg de documentatie van uw camerafabrikant voor de correcte accountgegevens of neem hiervoor contact op met de fabrikant.

Camera-instellingen bewerken

Selecteer de camera waarvan u de instellingen wilt wijzigen en klik op Bewerken. U kunt ook dubbelklikken op de camera om de instellingen te wijzigen.

Opmerking:

Meerdere camera’s bewerken

De wizard meerdere camera's bewerken helpt u bij het tegelijk bewerken van meerdere camera's. U kunt bepalen welke attributen van een van uw camera's wilt toepassen op uw andere camera's.

De wizard Meerdere camera's bewerken gebruiken:

  1. selecteer de camera waarop u de attributen van uw andere camera's wilt toepassen.
  2. Ga naar Bewerken > Meerdere bewerken.
  3. In de stap Bron van attributen worden de attributen van de camera onderverdeeld in vier categorieën: Apparaatinstellingen, Opname, Liveweergavebron en Optimalisering. Schakel het selectievakje Toepassen in van de attributen die u op uw andere camera's wilt toepassen. Na de selectie van de attributen klik op Volgende.

    Opmerking:

    • u ziet bepaalde attribuutwaarden die in de lijst aan de attribuutnamen werden toegevoegd.
    • De attributen met een asterisk (*) kunnen alleen op camera's van hetzelfde cameramodel worden toegepast als batch-bewerking van de broncamera.
    • Alleen attributen die door de batch-bewerking van de broncamera worden ondersteund, kunnen op uw andere camera's worden toegepast.
  4. In de stap Selecteer de camera's voor de toepassing schakelt u de selectievakjes Toepassen in om de geselecteerde attributen toe te passen op uw camera's of cameragroepen. Na de selectie klik op Voltooien om de batch-bewerking te voltooien.

    Opmerking:

    • "-" geeft aan dat niet alle attributen op de camera kunnen worden toegepast omdat de camerafuncties niet compatibel zijn met de batch-bewerking van de broncamera.
    • De compatibiliteit van twee verschillende ONVIF-camera's wordt bepaald door hun feitelijke capaciteiten in plaats van hun merknamen en modellen.
    • De kenmerk Opnameopslagruimte kan alleen worden toegepast op camera's die met batch-bewerking van de broncamera op hetzelfde Synology-product zijn geïnstalleerd.

Camera's in- of uitschakelen

Camera's die aan het Surveillance Station zijn toegevoegd, moeten eerst worden ingeschakeld voor ze alle ondersteunde acties kunnen beheren en uitvoeren.

Om camera's in/uit te schakelen:

Selecteer de camera's die u wil in/uitschakelen en selecteer vervolgens Inschakelen of Uitschakelen in het vervolgkeuzemenu Inschakelen.

Opmerking:

Filter instellen

U kunt een filter instellen om camera's weer te geven die aan bepaalde criteria voldoen en snel de camera's vinden die u zoekt.

Klik op het pictogram Filter in de rechterbovenhoek. In het menu dat verschijnt, moet u uw criteria opgeven voor de weergave van specifieke camera's.

Cameraconfiguratie exporteren of importeren

U kunt de instellingen van de camera naar een configuratiemap exporteren en op een later tijdstip importeren. Met deze functie kunt u niet alleen een back-up van uw camera-instellingen maken, maar ook de instellingen snel en gemakkelijk aan andere Surveillance Stations overdragen.

Om de cameraconfiguratie te exporteren:

  1. Selecteer Exporteren in het vervolgkeuzemenu Configuratie om de wizard Configuratie exporteren te openen.
  2. Geef de configuratie een naam, selecteer een gedeelde doelmap om de configuratie op te slaan en klik op Volgende.
  3. Is uw $_DSPRODUCTNAME_$ een CMS-host, dan kunt u uw camera's sneller vinden door op het pictogram Filter te klikken en een Synology-server te selecteren.
  4. Kies de camera('s) waarvan u de instellingen wilt exporteren en klik op Voltooien om het exporteren te voltooien.

Om de cameraconfiguratie te importeren:

  1. Selecteer Importeren in het vervolgkeuzemenu Configuratie om de wizard Configuratie importeren te openen.
  2. Selecteer de gedeelde map met de desbetreffende configuratie, kies een configuratie in het vervolgkeuzemenu Naam en klik op Volgende.
  3. Kies de camera('s) waarvan u de instellingen wilt importeren en klik op Voltooien om het importeren te voltooien.

Opmerking:

Patrouille-instellingen bewerken

Om patrouilles toe te voegen:

Volg de onderstaande stappen om patrouilles toe te voegen met de vooraf ingestelde posities:

  1. Klik op om een patrouille toe te voegen.
  2. Geef het patrouillepad een naam.
  3. Selecteer Interval (sec.) om de patrouille te herhalen na een opgegeven tijdspanne in seconden.
  4. Selecteer Snelheid om het bewegingssnelheidsniveau van de patrouille aan te passen (indien ondersteund door de camera).
  5. Voeg vooraf ingestelde posities van de Lijst alle vooraf ingestelde posities toe aan de Lijst opgenomen vooraf ingestelde posities. Pas de volgorde van de vooraf ingestelde posities aan door te klikken op de pijl-Omhoog of pijl-Omlaag.
  6. Klik op Opslaan om de instellingen op te slaan.

Om patrouilles te verwijderen:

selecteer welke patrouilles u wilt verwijderen en klik op om patrouilles te verwijderen.

Om patrouilles te bewerken:

selecteer welke patrouille u wilt bewerken en vervolgens kunt u de patrouille-instellingen bewerken. Klik op Opslaan om de patrouillewijzigingen op te slaan.

Om het patrouillepad te bekijken:

Klik in het rechtergedeelte van de patrouillelijst op om een voorbeeld te tonen van de configuratie van de camera voor de uitvoering van de patrouille volgens de hierboven opgegeven instellingen.

Om vooraf ingestelde posities toe te voegen:

Volg de onderstaande stappen om vooraf ingestelde posities toe te voegen:

  1. Klik op om een vooraf ingestelde positie toe te voegen.
  2. Geef de vooraf ingestelde positie een naam.
  3. Pas de bewegingssnelheid aan (indien ondersteund door de camera).
  4. Pas de gewenste kijkhoek in met de PTZ-schermknoppen.
  5. Klik op Opslaan om de instellingen voor de vooraf ingestelde positie op te slaan.

Om vooraf ingestelde posities te verwijderen:

selecteer welke vooraf ingestelde posities u wilt verwijderen en klik op om vooraf ingestelde posities te verwijderen.

Om te verplaatsen naar vooraf ingestelde posities:

klik een keer op de lijst vooraf ingestelde posities en vervolgens zal de cameraweergave naar de vooraf ingestelde positie worden verplaatst.

Beperkingen:

Meerdere lenscamera's besturen

U kunt camera's met meerdere lenzen toevoegen en de videofeeds van bepaalde lenzen selecteren en bekijken.

Mobiele liveweergavestream configureren

Wordt onafhankelijke streaming van liveweergave van camera's naar mobiele apparaten ondersteund, dan kunt u de instellingen configureren voor liveweergave met DS cam.

Om mobiele liveweergavestream te configureren:

  1. Selecteer een camera en ga naar Bewerken > Camera bewerken > Video.
  2. Bewerk de instellingen in Mobiele liveweergavestream om de netwerkomgeving aan te passen aan uw mobiele apparaten waarop DS cam is geïnstalleerd.

Camera's verwijderen

Om camera's te verwijderen, kiest u de gewenste camera's en klikt u op Verwijderen.

Opmerking:

Streampaden delen

  1. Rechtsklik op een camera in de IP-cameralijst en selecteer Streampad delen.
  2. Om de geldige duur voor het streampad in te stellen, selecteer het volgende in het vervolgkeuzemenu Geldigheidsduur:
  3. Kopieer het onderstaande streampad.
  4. Klik op OK om de instellingen toe te passen.