Migratiewizard
De migratiewizard wordt automatisch gestart wanneer er nog geen migratietaken op dit doel-Synology NAS zijn uitgevoerd. De migratiewizard leidt u door het volledige instellingsproces van de migratietaak. Als u voordien migratietaken hebt uitgevoerd, kunt u Nieuwe taak uitvoeren kiezen in de hoofdpagina om een nieuwe migratietaak in te stellen en op te starten.
Voor u begint
Controleer, voor u begint, de instellingen op beide Synology NAS-apparaten:
- Op het bronapparaat:
- Op het doelapparaat:
- Stel eerst opslagpools in Storage Manager in aangezien de gegevens op volume/blokniveau-basis worden gemigreerd. De totale capaciteit van de opslagpool moet groter zijn dan de totale capaciteit van alle volumes op het bronapparaat. Wanneer het doelapparaat SHR ondersteunt, kunt u de opslag leeg laten en zal het systeem een opslagpool maken en volumes/LUNs automatisch migreren. Raadpleeg Migration Assistant-regels voor het maken van opslagpools hieronder voor meer informatie.
Tip: U kunt ook eerst volumes op het doelapparaat maken en het systeem zal de volumes op het bronapparaat naar dezelfde locatie op het doel migreren. De volumes moeten identiek zijn (inclusief volumenummer, bestandssysteem en capaciteit) aan die op het bronapparaat of identiek, maar met grotere capaciteit.
- Vergewis u ervan dat de gegevens op het doelapparaat niet moeten worden behouden en ga naar Configuratiescherm > Gedeelde map en iSCSI Manager op het doelapparaat om eerst de gedeelde mappen en LUNs handmatig te verwijderen.
- We raden u aan om het doelapparaat in te stellen in hetzelfde netwerk van het bronapparaat.
- Om een stabiele en snelle migratie te garanderen, raden we u aan om de twee apparaten rechtstreeks te verbinden via een 10G-interface en kabel.
- Poorten tussen 7400 en 7499 zijn voorbehouden voor migratie. Als de bron- en doelapparaten met een verschillende router zijn verbonden, moet u poort doorsturen eerst instellen en controleren of er geen firewall de poorten blokkeert.
- Migration Assistant zal echter uw Synology-account en licentiesleutels niet migreren, en een aantal services en pakketten vereisen handmatige configuratie na migratie. Lees dit artikel om ze handmatig te configureren nadat migratie is voltooid:
- Services zoals QuickConnect, DDNS, DHCP Server, SSO Client en domeinclients
- Servergebonden pakketten zoals Central Management System , Synology Directory Server, VPN Server, MailPlus
- Sync- en back-upgebonden pakketten zoals Synology Drive Server, Cloud Station Server, Active Backup for Business, Hyper Backup, Shared Folder Sync, Snapshot Replication, Cloud Sync, Glacier Backup
- Andere pakketten zoals Surveillance Station, Docker, Virtual Machine Manager
Migration Assistant-regels voor het maken van opslagpools
Wanneer er geen opslagpool op het doelapparaat is, zal het systeem automatisch een opslagpool maken. Hier beschrijven we hoe Migration Assistant een opslagpool maakt.
- Het systeem gebruikt alle geïnstalleerde schijven op het doelapparaat om een opslagpool met hoge flexibiliteit en SHR te maken.
- Het systeem gebruikt geen schijven die in uitbreidingseenheden zijn geïnstalleerd of schijven met de status kritiek of storing.
- Het systeem zal niet automatisch een opslagpool maken op modellen die RAID group ondersteunen.
- Wanneer de geïnstalleerde schijven uit verschillende schijftypes (bijv. HDD, SSD, SATA, SAS etc.) bestaan, zal het systeem niet automatisch een opslagpool maken.
Bronapparaat selecteren
Voer in Migration Wizard de volgende informatie in om een verbinding te maken met het bronapparaat en klik op Volgende:
- Voer de Bronservernaam, IP of IP: aangepast poortnummer in. Als een aangepaste http- of https-poort op het bronapparaat is ingesteld, voert u het IP-adres van het bronapparaat en de aangepaste poort in (bijv., 10.12.1.1:24300). U kunt ook het uitklapmenu gebruiken om te zoeken naar Synology-apparaten binnen hetzelfde LAN.
Tip: u kunt gewoon de URL van het bronapparaat hier plakken.
- Voer de account en het wachtwoord in van de administrator-groep van het bronapparaat.
Opmerking:
- Migration Assistant ondersteunt geen IPv6 en QuickConnect voor de verbinding met het bronapparaat.
- Migration Assistant ondersteunt de aanmelding met Domein/LDAP-accounts niet.
- Voer GEEN dynamische domeinnaam of IP in voor verbinding met het bronapparaat. Dit kan tijdens de migratie een verbindingsfout veroorzaken.
- Na een succesvolle verbinding met het bronapparaat zal Migration Assistant de SSH-service op het bronapparaat automatisch inschakelen. De verbinding en overdracht wordt vanaf dat punt via SSH-protocol uitgevoerd.
- Om overdrachtsprestaties te optimaliseren voert Migration Assistant tijdens de migratie standaard geen codering van gegevens uit. Als u gecodeerde gegevens wilt overdragen, selecteert u de VPN-interface of maakt u een VPN-interface als u er nog geen hebt.
Instellingen bevestigen
Bevestig de migratiesamenvatting op deze pagina en klik op Toepassen om door te gaan. De tabel toont een voorbeeldweergave van de volume/LUN-toewijzing, inclusief capaciteit, bestandssysteem en toewijzing, op het doelapparaat. De gegevens in volumes/LUNs op het bronapparaat worden gemigreerd naar dezelfde locatie op het doelapparaat. Bijvoorbeeld, gegevens in volume 1 op het bronapparaat worden gemigreerd naar volume 1 op het doelapparaat.
Opmerking:
- nadat u op Toepassen klikt, worden alle services op het bronapparaat tijdelijk gestopt tot de synchronisatieomgeving gereed is.
- Nadat u op Toepassen klikt, worden alle volumes, LUNs, pakketten en systeemconfiguraties op het doelapparaat, inclusief administratorgegevens verwijderd en vervangen door die op het bronapparaat.
- Wanneer de migratieprocedure start, zullen de gecodeerde gedeelde mappen op het bronapparaat worden ontkoppeld.
- Als het systeem automatisch een opslagpool maakt, worden alle gegevens op de schijven verwijderd.
De volgende handelingen kunnen tijdens het migratieproces NIET worden:
- Het uitschakelen van de SSH-service op het bronapparaat.
- Het bewerken of verwijderen van de gebruikersaccount met de naam Migration Assistant op het bronapparaat. Deze account was automatisch aangemaakt door Migration Assistant voor de migratietaak en zal worden verwijderd nadat de migratietaak is voltooid.
- Het wijzigen van opslaglocaties van pakketten op het bronapparaat.
- Het wijzigen van instellingen op het doelapparaat.
- Toevoegen of verwijderen van volumes of blokniveau LUNs op bron- of doelapparaat.
- Het bewerken van de administratoraccount (zoals het uitschakelen van de account of het wijzigen van het wachtwoord) die voor de verbinding met het bronapparaat wordt gebruikt.
- Maken of verwijderen Bond op bron- of doelapparaat.
- In- of uitschakelen van Open vSwitch op bron- of doelapparaat.
Probleemoplossing
Dit gedeelte beschrijft de fouten en waarschuwingen die kunnen optreden en de manieren waarop u elk probleem kunt oplossen om een succesvolle migratie te garanderen.
Problemen bij het maken van een migratietaak oplossen:
- Als u het doelapparaat hebt ingesteld met een SHR- of SHR-2- opslagpool, en de capaciteit is groter dan of gelijk aan de capaciteit van alle volumes / LUN's op het bronapparaat, zal Migration Wizard mogelijk een bericht tonen over onvoldoende opslagcapaciteit. Dit geeft aan dat de omvang van opslagpoolmetagegevens op het doelapparaat groter is dan die op het bronapparaat. In deze situatie bevelen we aan om de opslagpool van het doelapparaat in te stellen met Basic, RAID 5 of RAID 6 en het opnieuw te proberen.
Voorbeeld: wanneer het bronapparaat en het doelapparaat beide een schijf van 1 TB hebben, maar het bronapparaat Basic RAID gebruikt terwijl het doelapparaat SHR RAID gebruikt, zal de beschikbare capaciteit op het doel kleiner zijn. Gebruik in plaats daarvan Basic RAID of plaats meer schijven in het doelapparaat.
- Als u het doelapparaat hebt ingesteld met een opslagpool met hogere flexibiliteit en de capaciteit groter dan of gelijk is aan de capaciteit van alle volumes/LUNs op het bronapparaat, zal Migration Wizard mogelijk een bericht tonen over onvoldoende opslagcapaciteit. Dit kan door de opslagpool met hogere flexibiliteit die meer metagegevens gebruikt worden veroorzaakt. In deze situatie raden we aan om de opslagpool van het doelapparaat op betere prestaties in te stellen of op grotere capaciteit.
Voorbeeld: wanneer het bronapparaat en het doelapparaat beide vier schijven van 1 TB gebruiken om een RAID 5-opslagpool te maken, maar het bronapparaat een opslagpool met betere prestaties gebruikt en het doelapparaat een opslagpool met hogere flexibiliteit, wordt de beschikbare capaciteit op het doelapparaat kleiner. Wijzig de opslagpool van het doelapparaat om de prestaties te verbeteren of wijzig naar een RAID-type met grotere capaciteit zoals RAID 0.
- Als het systeem niet automatisch een opslagpool op uw doelapparaat kan maken, is dit meestal een teken dat de capaciteit van het door het systeem geselecteerde RAID-type onvoldoende is om alle volumes/LUNs op het bronapparaat te accommoderen. Maak handmatig een opslagpool meteen RAID-type met minder gegevensredundantie of plaats meer schijven in het doelapparaat. Zie de RAID calculator om een geschikt RAID-type voor uw doelapparaat te vinden.