Fysieke server

De back-up van fysieke servers vereist de installatie van Synology Active Backup for Business Agent op de fysieke doelservers. U kunt de back-uptaken configureren voor fysieke servers op de DSM. Er zijn drie back-uptypes om uw fysieke servers te beschermen: volledig apparaat, systeemvolume en aangepaste volumes.

Voor u begint

Let op het volgende:

Opmerking:

Een back-uptaak maken:

na de installatie van de agent op de fysieke server en aansluiting van de fysieke server op de server wordt een back-uptaak van de aangesloten server gemaakt in overeenstemming met het overeenkomende sjabloon. U kunt ook meer dan een back-uptaak op elk apparaat maken.

  1. Voer een van de volgende handelingen uit om de back-upwizard te starten:
  2. Back-uptaak maken:

    Taaknaam: Configureer de naam van de taak. We raden u aan om een naampatroon voor snelle filter/zoekopdrachten voor de taken uit te voeren.

  3. Doelapparaat selecteren:

    Deze stap verschijnt alleen wanneer er geen apparaat is geselecteerd alvorens op Maken te klikken. Een lijst van fysieke servers die verbonden zijn met de server worden in deze stap weergegeven.

  4. Back-updoel:

    Selecteer een gedeelde map in het Btrfs-bestandssysteem als back-updoel. Tijdens de pakketinstallatie wordt automatisch de Btrfs gedeelde map ActiveBackupforBusiness gemaakt.

  5. Brontype selecteren:
    Brontype: De volgende drie brontypes worden ondersteund.
    Taakinstellingen: De volgende taakinstellingen kunnen in deze stap worden geconfigureerd.
  6. Geplande back-uptaak:
  7. Bewaarbeleid selecteren:

    In deze stap kunt u een bewaarbeleid selecteren dat u wilt toepassen op de gemaakte taak:

  8. Back-up nu uitvoeren:

    Met de wizard kunt u ongeacht het schema onmiddellijk een back-up uitvoeren.

Een of meer back-uptaken bewerken:

Na het maken van de back-uptaak kunt u indien nodig de taak individueel of in batch bewerken. In tegenstelling tot het back-updoel kunnen de meeste instellingen worden gewijzigd. Bij het bewerken in batch van taken kunnen de taaknaam en het doel niet worden gewijzigd.

  1. Ga naar Takenlijst.
  2. Selecteer de taak die u wilt bewerken en klik op Bewerken. U kunt taken ook in batch bewerken door op de knop Ctrl te drukken, meerdere taken te selecteren en vervolgens op Bewerken te klikken.
  3. Klik na het bewerkingen van de instellingen op OK.

Opmerking:

Een of meer back-uptaken verwijderen:

Ga naar Takenlijst om de taak te selecteren en klik vervolgens op Verwijderen. Na bevestiging van de actie wordt de geselecteerde taak verwijderd en worden de geback-upte gegevens verwijderd uit het doel.

Het apparaat moet verbonden blijven met de server, zelfs wanneer er geen taak eraan is toegevoegd. Dit apparaat vindt u in de Apparaatlijst en u kunt op elk moment een taak voor het apparaat maken.

Changed Block Tracking-technolgie (CBT) technology inschakelen:

Om het back-upproces te stroomlijnen wordt Changed Block Tracking (CBT)-technologie standaard gebruikt bij het back-uppen van fysieke servers. Om de correcte werking van CBT te garanderen, controleert u of Microsoft Volume Shadow Copy Service (VSS) op elk beschermd apparaat is ingeschakeld.

De in Active Backup for Business gebruikte CBT-technologie gebruikt VSS voor het maken van snapshots van apparaten en identificeert gewijzigde blokken tussen snapshots. VSS is geïntegreerde technologie van Microsoft en heeft dus geen negatieve invloed op prestaties terwijl Active Backup for Business de CBT-technologie gebruikt. Na de eerste volledige back-up wordt dankzij de CBT-technologie vanaf elk apparaat alleen het gewijzigde blok naar uw NAS overgedragen. Zo worden bandbreedtebronnen bespaard en wordt het back-upproces versneld.

Opmerking:

Om de agent te updaten:

U kunt agent bijwerken door de installatie van een nieuwere installer rechtstreeks op het apparaat. Om de agent extern te updaten, kunnen de administrators de nieuwere agent op meerdere apparaten installeren met de Microsoft Windows Active Directory Domain Services of onder DSM > Active Backup for Business. U kunt de onderstaande instructies volgen om de agent vanaf Active Backup for Business te updaten:

  1. Ga naar Active Backup for Business > Fysieke server.
  2. Selecteer het doelapparaat dat u wilt updaten en klik op Agent updaten.
  1. Download de Active Backup for Business Agent-installer vanaf Download Center en upload de installer naar uw Synology NAS met File Station. Noteer de locatie van de installer.
  2. Meld u aan bij DSM met rootmachtiging op uw computer. Raadpleeg dit artikel voor gedetailleerde instructies.
  3. Voer de onderstaande opdracht uit om de agent op uw doelapparaten te installeren.
    cp /[volume_waarnaar_u_de_installer_hebt_geüpload]/[naam_van_de_map_waarnaar_u_installer_hebt_geüpload]/[installernaam]/[volume_waarin_u_Active_Backup_for_Business_installeert]/\@tmp/

    Bijvoorbeeld, de locatie van de installer is /volume1/Files/Synology Active Backup for Business Agent-2.0.4-0621-x64.msi en Active Backup for Business is geïnstalleerd op volume1. Dan moet de opdracht zijn:

    cp /[volume1]/[Files]/[Synology Active Backup for Business Agent-2.0.4-0621-x64.msi]/[volume1]/\@tmp/
  4. De agent wordt na de instelling met succes geüpdatet.

Fysieke server herstellen

De fysieke serverback-up ondersteunt verschillende manieren om de geback-upte gegevens te herstellen.

Opmerking: